0. De Dwaas
De grote arcana van de tarot bestaat traditioneel uit 22 kaarten. Arcana komt van het Latijnse arcanum, dat ‘geheim’ betekent; een verwijzing naar de esoterische (geheime) kennis die de ontwerpers hebben verwerkt in de kaarten.
De betekenis van de archetypes en symbolen die worden gebruikt in de hedendaagse versies van de grote arcana kan niet los worden gezien van de ontwikkelingsgeschiedenis van de kaarten. De eerste eeuwen werd de Dwaas afgebeeld als een haveloze randfiguur, zonder broek aan. Hij leeft in zijn eigen wereld en trekt zich – ogenschijnlijk – niets aan van de kinderen om hem heen die hem pesten.
In het haar van de Dwaas op het Visconti-Sforza deck (linksboven) zijn veren gestoken; een verwijzing naar de lichtheid/leegheid van zijn gedachtewereld. Dit beeld wordt onderstreept door de lege blik waarmee hij voor zich uit staart. De Dwaas van het D’Este deck (rechtsboven) draagt een vlag met de kleuren zwart en wit. Dit moet ons vertellen dat hij verbonden is met de aardse dualiteit, en niet met de eenheid van het goddelijke
De expliciete naaktheid van de Dwaas op het d’Este deck, in combinatie met de kinderen die zijn broek naar beneden trekken, zou nu absoluut niet meer kunnen. En blijkbaar vond men ook in de 17e eeuw al dat onschuld en waanzin beter op een andere manier uitgebeeld kon worden, want op de allereerste Tarot van Marseille (linksonder), het tarotspel dat de basis heeft gelegd voor alle hedendaagse decks, zien we dat de kinderen vervangen zijn voor een kat (of is het een hond?) die naar de geslachtsdelen van de Dwaas springt.
De Etteilla Thoth Tarot van Jean-Baptiste Alliette (midden-boven), uit het begin van de 19e eeuw, is het eerste deck waarin zichtbaar esoterische symboliek is verwerkt. Op de kaart van de Dwaas zien we een nar die zijn handen voor zijn ogen houdt. De kaart staat nu steeds duidelijker voor onwetendheid, ‘niet willen zien’. De nar is een ‘dwaas’ die niet de weg naar het Koninkrijk van God gaat. De basis voor deze uitleg zijn Bijbelcitaten als:
Want u zegt: Ik ben rijk en steeds rijker geworden en heb aan niets gebrek, maar u weet niet dat juist u ellendig, beklagenswaardig, arm, blind en naakt bent. (Openbaring 3:17)
De dwaas zegt in zijn hart: Er is geen God. (Psalm 53:2)
Want de wijsheid van deze wereld is dwaasheid bij God… (1 Kor. 3:19)
Oswald Wirth (rechtsboven) voegt aan de kaart van de Dwaas in zijn tarot deck (1889) een krokodil en een omgevallen obelisk toe. Twee thema’s die overgenomen zullen worden door vele andere decks. Zowel de krokodil als de omgevallen obelisk verwijst naar spirituele onbewustheid.
Krokodil
Een krokodil staat in veel spirituele tradities voor onze meest primitieve driften. Voor de instinctieve impulsen uit ons ‘reptielenbrein’ (dat deel van onze hersenen dat ook bij reptielen actief is). Opgegeten worden door een krokodil betekent, symbolisch gezien, volkomen onbewust in het leven staan; voortgedreven worden door dierlijke instincten in plaats van door het hart en de ziel. Een materialistische en genotzuchtige levensstijl.
Een belangrijke demon in het Oude Egypte was Ammit, of Ammut, de ‘Verslinder van de Doden’. Ammit werd afgebeeld als een samenstelling van de drie gevaarlijkste dieren in Egypte in die tijd: een krokodil, een leeuwin of luipaard, en een nijlpaard. Ammit verslond de harten van degenen die een slecht/zondig leven hadden geleid.
In het Hindoeïsme is het overwinnen van een krokodil een mythisch thema. Wie zien goden soms afgebeeld rijdend op een krokodil, hetgeen meesterschap over de dierlijke driften symboliseert.
Een ander voorbeeld is de legende Gajendra en Moksha (de Verlichting van Gajendra) uit een van de heilige geschriften van het Hindoeïsme. De olifant Gajendra wordt tijdens het baden in een meer, pijnlijk gebeten in zijn poot door een krokodil en krijgt zichzelf met geen mogelijkheid meer vrij (zie illustratie hierboven). Aan het einde van zijn krachten (volgens de legende na meer dan duizend jaar) smeekt hij de god Vishnoe om hulp. Als offer houdt hij hierbij een lotus in de lucht. Vishnoe bevrijdt Gajendra door de krokodil te onthoofden met zijn Sudharshana Chakra (een ronddraaiende discus met scherpe kartels).
Het verhaal is een metafoor voor spiritueel ontwaken. De krokodil staat voor de dierlijke driften in ons onderbewuste (het meer). De lotus die omhoog gehouden wordt door Gajendra staat voor een geopend kruinchakra. Een Sudharshana Chakra verbeeldt de spiraalbeweging van de zuiverende kundalini-energie. De moraal van deze mythe is dat Moksha (de staat van verlichting) alleen bereikt kan worden als de dierlijke driften zijn overwonnen. De mens kan dit echter niet op eigen kracht tot stand brengen. Je gaat dit proces aan samen met God (Vishnoe).
Omgevallen obelisk
Een pilaar is een universeel symbool voor de wervelkolom, met daarin de ontwaakte kundalini (klik hier voor meer info over de PILAAR als symbool voor de kundalini). Zo ook de obelisk uit het Oude Egypte. Deze hoge stenen kolommen, met de vorm van versteende zonnestralen, symboliseerden de zonnegod Ra. Ze werden geassocieerd met wederopstanding en onsterfelijkheid. Ook werd geloofd dat de geest van Ra in de obelisken woonde. Allemaal eigenschappen die verwijzen naar de goddelijke (zonne-)energie in de wervelkolom van een ontwaakte (‘opgestane’) mens.
Als we deze betekenis van een rechtopstaande obelisk doortrekken naar een liggend exemplaar, dan staat deze voor een wervelkolom waarin de kundalini (nog) niet stroomt: de wervelkolom van de spiritueel onbewuste Dwaas.
De toevoeging van een krokodil aan een liggende obelisk, geeft symbolisch het beeld van de kundalini-energie die gebruikt wordt voor het bevredigen van de dierlijke instincten (de lagere chakra’s), in plaats van het verwezenlijken van het hogere.
Château des Avenières
De tarot, uitgevoerd in mozaïek, van Château des Avenières (rechts) heeft veel overeenkomsten met de Oswald Wirth tarot. De dwaas draagt ook hier narrenkleding met een afhangende broek (spirituele ‘naaktheid’). Zijn bewustzijn is vernauwd: hij draagt slechts één schoen en lijkt zich niets aan te trekken van de hond die in zijn been bijt. Ook het gevaar van de krokodil en de afgrond vóór hem lijkt hij niet te zien. Zijn ogen zijn gericht op de maan, een nieuw ingebracht element.
De steeds wassende en afnemende maan is een universeel symbool voor het niet-permanente karakter van de fysieke realiteit. Al het aardse is onderhevig aan cycli van geboorte en sterven, verval en vernieuwing. De maan symboliseert ook de dualiteit; de tegenstellingen waaruit de aardse realiteit is opgebouwd. De altijd schijnende zon vertegenwoordigt het goddelijke, dat eeuwig, één, en onveranderlijk is. Gericht zijn op de maan verwijst naar spirituele onbewustheid, naar gevangen zitten in de dualiteit.
De afgrond op de afbeelding staat voor het onderbewuste, waar Dwaas in zal vallen als hij naar de maan blijft kijken. Uniek voor deze tarotuitvoering is de muts van de nar, die vleugels heeft. Dit is een verwijzing naar de Griekse god Hermes (Mercurius bij de Romeinen), die een helm heeft met twee vleugels (links). Hermes met zijn slangenstaf, de caduceus, staat voor de goddelijke kundalini-energie.
Een narrenkap, in plaats van een helm, met vleugels symboliseert, net als de liggende obelisk, dat het spirituele potentieel van de Dwaas niet ontwikkeld is.
Alle elementen op deze kaart sluiten qua boodschap bij elkaar aan en versterken elkaar. De Dwaas gaat niet de weg naar God (dat maakt hem een ‘nar’ en ‘naakt’). Hij is gericht op de materie (de maan) en staat op het punt om te sterven in spiritueel opzicht (vallen in de afgrond of opgegeten worden door de krokodil).
The Rider-Waite-Smith (RWS) Tarot
Met zijn deck, dat in 1909 uitkomt, breekt Arthur E. Waite met een aantal van de op dat moment ongeschreven regels en gewoontes qua ontwerp en volgorde van de tarotkaarten. Zijn Dwaas is niet een armoedige nar met een beperkt verstand, maar een vrolijke, levenslustige jongeman met de kleren van een prins. Uitvoerend kunstenares Pamela Colman-Smith heeft er een zonnige kaart van gemaakt met veel nieuwe symbolische elementen.
Waite en Colman-Smith hebben ervoor gekozen om juist het spirituele potentieel van deze eerste kaart (volgens sommigen de laatste kaart) van de grote arcana te benadrukken. We zien een jongeman die onbezorgd rondstapt in een gevaarlijke omgeving (afgrond). Dit is positief uit te leggen als onschuld en optimisme, gevoed door een vertrouwen op God. Een grondhouding die ook in dit geval door Bijbelcitaten wordt ondersteund.
Als iemand onder u denkt dat hij wijs is in deze wereld, laat hij dwaas worden, opdat hij wijs zal worden. (1 Kor. 3:18)
Maar het dwaze van de wereld heeft God uitverkoren om de wijzen te beschamen, en het zwakke van de wereld heeft God uitverkoren om het sterke te beschamen. (1 Kor. 1:27)
Voorwaar, Ik zeg u: wie het Koninkrijk van God niet ontvangt als een kind, zal het beslist niet binnengaan. (Marcus 10:15)
Colman-Smith heeft diverse elementen verwerkt die de Dwaas een potentieel van een spiritueel ontwaken geven. Bij haar geen omgevallen obelisk, maar verwijzingen naar de caduceus, de staf van de god Hermes, die staat voor een kundalini-ontwaken (zie illustratie hierboven).
De rode veer die in een S-vorm langs de staf van de Dwaas ligt, staat voor de goddelijke energie die vanaf het eerste chakra (kleur rood) opstijgt naar de kruin, vergelijkbaar met de slangen die langs de caduceus omhoog kronkelen. Op kaart nummer 19, de Zon, zien we deze rode veer terug. Nu staat hij rechtop op het hoofd van het kind: het proces van ontwaken is voltooid. De armen van de Dwaas volgen de vorm van de veer, hetgeen het beeld van stromende kundalini-energie versterkt.
Aan het einde van de staf hangt een tas met de kop van (waarschijnlijk) een adelaar erop. De adelaar, de koning der vogels, is een universeel symbool voor bewustzijnsverruiming en het goddelijke. Een slim alternatief, bedacht door Colman-Smith, voor de twee vleugels bovenaan een caduceus. De staf van de Dwaas wijst naar de zon, symbool voor het goddelijke.
De figuur van een prins staat ook voor een spiritueel potentieel, namelijk het vooruitzicht van een spiritueel koningschap. Een prins staat voor de belofte van het Koninkrijk van God. In sprookjes en mythes is dit een archetypisch thema: de prins die allerlei (spirituele) moeilijkheden moet overwinnen, voordat hij kan trouwen met de prinses (het heilige huwelijk), en op de troon van zijn vader (lees: Vader) kan plaatsnemen. Als illustrator van kinderboeken kende Colman-Smith ongetwijfeld dit thema en de diepere betekenis ervan. Kaart 4 van de grote arcana, de Keizer, staat voor het verworven spirituele koningschap.
Op de kleding van de Prins/Dwaas zien we een patroon van granaatappels en wielen met acht spaken. Beiden zijn een symbool voor de kundalini-energie.
De granaatappel (links) bespreken we bij tarotkaart nummer 2 De Hogepriesteres, waar de vrucht op de kaart van RWS het doek tussen de twee pilaren siert, en bij tarotkaart nummer 3 De Keizerin, waar hij terugkomt in het patroon op de jurk van de RWS-keizerin. Ook op RWS-kaart nummer 17 De Zon zien we de granaatappel als symbool: in de krans om het hoofd van het (zonne-)kind.
De wielen verwijzen naar de achtpuntige Morgenster. Dit symbool bespreken we bij de analyse van tarotkaart nummer 17 De Ster.
De witte roos in de hand van de Dwaas een klassiek symbool voor onschuld, zuiverheid en kuisheid. In het RWS-deck komt de witte roos terug bij kaart nummer 13, de Dood. Ze heeft op beide kaarten de betekenis van spirituele uitzuivering. Op de helm van de Dood zien we opnieuw een rode veer: deze moet ons vertellen dat de de kundalini-energie de werkende kracht in het zuiveringsproces is.
De Thoth Tarot
De Thoth Tarot van Aleister Crowley (linksonder), die voor het eerst uitkwam in 1969, pas 22 jaar na de dood van Crowley, lijkt op geen enkele wijze op zijn voorgangers. Uitgevoerd in een geheel eigen stijl en boordevol symboliek, heeft dit deck sindsdien talloze kunstenaars geïnspireerd bij hun versie van de tarot.
Ook bij Crowley’s versie van de Dwaas ligt de nadruk op zijn spirituele potentieel. Dit komt tot uiting door symbolen als de caduceus, de vlinder, de witte duif (de Heilige Geest), een zak munten met tekens van de zodiak en planeten, de gier (het Oude Egypte), en de druiventros (goddelijke extase). De groene kleding verwijst naar de mythische ‘Groene Man’ en de lente, en hiermee naar vruchtbaarheid. Hij maakt met beide benen een enthousiaste sprong voorwaarts het ongewisse in.
De zon ter hoogte van zijn kruis is een onvalste verwijzing naar de kundalini-energie. De dennenappel bovenop de caduceus staat voor de pijnappelklier, die door de kundalini wordt geactiveerd als deze is opgestegen naar de kruin.
De tijger symboliseert het gevaar dat de Dwaas het hoofd moet bieden tijdens zijn spirituele reis. Dit dier staat voor de energie van het tweede chakra (kleur oranje). Als de kundalini-energie niet omhoog geleid wordt na het ontwaken, maar blijft ‘hangen’ in de buik en wordt aangewend voor seksuele activiteiten (tweede chakra), leidt dit tot de spirituele dood (opgegeten worden door de tijger).
Waar de krokodil (onderaan de kaart) staat voor onze dierlijke driften in het algemeen, staat de tijger meer specifiek voor de seksuele energie. In het Hindoeïsme wordt de tijger – net als de krokodil – gebruikt als rijdier van de goden (zie de godin Durga rechtsboven). De boodschap is: wie het goddelijke wil ervaren moet meesterschap verwerven over het dierlijke.
Conclusie
De tarot is een set van 78 kaarten met diepgaande spirituele wijsheid. In de 15e eeuw werd de Dwaas afgebeeld als een maatschappelijke randfiguur; heden ten dage staat hij duidelijker voor spiritueel potentieel. Sommige decks benadrukken zijn spirituele onbewustheid – de armoede van een leven zonder God -, andere benaderen het positiever en focussen op zijn kinderlijke onschuld en toekomstige mogelijkheden, die in beeld gebracht worden door de overige kaarten van de grote arcana.
In Bijbelse termen is de Dwaas ‘de verloren zoon’ die de weg terug gaat naar zijn vader (lees: God), nadat hij eerst helemaal is vastgelopen in het (aardse) leven.
Onder: twee alchemistische illustraties van het innerlijke ZUIVERINGSPROCES dat nodig is voor het ‘Magnum Opus’ (Godsrealisatie). Op beide afbeeldingen verlaat o.a. een figuur met een NARRENKAP het lichaam van de alchemist. Dit is de DWAAS van de tarot!
Knapp-Hall Tarot (1929) van de schrijver Manly P. Hall
De blinddoek verwijst naar spirituele blindheid.
Classic Golden Dawn Tarot (2004)
De Dwaas is hier puur en onschuldig ‘als een kind’ (Bijbel), met meesterschap over zijn dierlijke driften (de wolf). De boom staat symbool voor de ontwaakte kundalini-energie. De zes rozen staan voor de volledig geopende chakra’s. Het zijn wilde rozen, die altijd vijf bloemblaadjes hebben. Dit is een verwijzing naar de ‘Roos van Venus’, ook een kundalini symbool. In essentie is dit een beeld van het einde van een spirituele reis.
The Sun and Moon Tarot (2010) van de Belgische Vanessa Decort
Zowel de spirituele gevaren als het groeipotentieel worden helder weergegeven.
De Haindl Tarot (1990) van de Duitse kunstenaar Hermann Haindl
Toelichting bij deck: ‘De gewonde zwaan vertegenwoordigt de zondeval, het vertrek van de mensheid uit de tuin van Eden’.
Deze symboliek is ontleend aan de Graalroman Parzifal, ‘de reine dwaas’, waarin de hoofdpersoon met zijn pijl en boog een onschuldige vogel (een zwaan in Wagners gelijknamige opera) doodt. Haindl legt hiermee een verband tussen de Dwaas van de tarot en de zoektocht naar de Heilige Graal.
D’Morte-Disney deck
Pinokkio als de Dwaas is een schot in de roos! Carlo Lorenzini, de geestelijke vader van Pinokkio was vrijmetselaar. Het verhaal van de houten pop (symbool voor spirituele onbewustheid) die op reis gaat en een mens wil worden van vlees en bloed, is een metafoor voor de reis van spiritueel ontwaken.
Dit artikel is gepubliceerd in Paravisie Magazine (feb ’19). Copyright Anne-Marie Wegh 2019
Het meest recente boek van Anne-Marie:
Maria Magdalena, auteur van het vierde evangelie
Illustrations from the tarot decks, reproduced by permission of U.S. Games Systems, Inc., Stamford, CT 06902. c. by U.S. Games Systems, Inc. All rights reserved.
Foto’s Châteaux de Avenières: http://hermetism.free.fr/Avenieres/index.htm